Ten westen van het kerkhof van Anderlecht ligt de zijvallei van de Mijlemmers. Wie het wandelpad de “Steenuiltjesweg” neemt doorkruist een prachtig en gevarieerd landschap. Langs de ene kant van het wandelpad ligt een beboste zone die aansluit op het kerkhof. Aan de andere kant bevindt zich een open ruigte waar het in de zomermaanden gonst van de insecten. In het lager gelegen deel ligt er een vijver waar kikkers zich thuis voelen. Verder naar de Vogelenzangstraat toe staan er prachtige rijen oude knotwilgen, oude fruitboomgaarden en de ruïne van de Mijlemeershoeve.
De Mijlemeers is een uniek stukje natuur gelegen in de Vogelzangbeekvallei in Anderlecht. Het prachtige landschap,
bestaande uit bos en weilanden, herbergt een uitzonderlijke fauna en flora, waaronder één van de weinige roekenkolonies in het Brussels Gewest. Deze luidruchtige, sociale en intelligente vogels zijn echte koloniebroeders en maken hun nesten in hoge bomen langs open grasland,. De Mijlemeers vormt voor hen dan ook een ideale biotoop, waar ze de aandacht trekken van de wandelaars. Omwille van hun communicatieve karakter koos CCN Vogelzang CBN deze vogel als symbool voor de Mijlemeers, in de hoop dat ze de aandacht van beleidsmakers en politici kunnen vestigen op het vrijwaren van dit stukje natuur.
De Mijlemeers is spijtig genoeg niet beschermd. De terreinen zijn eigendom van de ULB en Citydev en de Regie der Gebouwen. Citydev werkt aan een masterplan om deze groene oase te bebouwen. De plannen voorzien de bouw van studentenkoten, een nieuw gebouw voor de Fondation Michel Cremer en een nieuwbouw voor Sciensano, het federale instituut dat waakt over onze gezondheid.
In november 2021 hebben we een petitie opgestart en al meer dan 1.800 mensen hebben getekend. De affichecampagne die we nu lanceren moet onze petitie ondersteunen (zie voorblad).
Niet alleen bezorgde Anderlechtse inwoners tekenen de petitie maar een heel breed publiek steunt onze acties. Veel mensen zijn het betonneren van open ruimte en natuur meer dan beu. De ondertekenaars lijden niet aan het NIMBY-syndroom (not in my backyard) maar zien met lede ogen aan hoe de natuur, die niet noodzakelijk hun achtertuin betreft, ten prooi valt aan nieuwe bouwprojecten.